7 mei 2019: Cuarteto Quiroga

Kamermuziekvereeniging Rotterdam
dinsdag 7 mei 2019
20:15 – Jurriaanse Zaal – Concertgebouw de Doelen
19:30 – voorprogramma

Cuarteto Quiroga:
Aitor Hevia (viool)
Cibrán Sierra (viool)
Josep Puchades (altviool)
Helena Poggio (cello)


Joseph Haydn (1732-1809): Strijkkwartet in C opus 74 nr.1 Hob.III:72 (1793)
Allegro moderato
Andantino grazioso
Allegretto
Vivace

Béla Bartók (1881-1945): Strijkkwartet nr. 2 opus 17 Sz.67 (1917)
Moderato
Allegro molto capriccioso
Lento

pauze

Juan Crisóstomo Arriaga (1806-1826): Strijkkwartet nr.1 in d (1824)
Allegro
Adagio con espressione
Menuetto: Allegretto
Adagio – Allegretto

Alberto Ginastera (1916-1983): Strijkkwartet nr.1 opus 20 (1948)
Allegro violento ed agitato
Vivacissimo
Calmo e poetico
Allegramente rustico


Cuarteto Quiroga

Het Spaanse Cuarteto Quiroga, recentelijk winnaar van Spanjes Nationale Radio Cultuurprijs, eert met zijn naam de Galicische violist Manuel Quiroga, een grootheid vergelijkbaar met cellist Pablo Casals en violist Pablo de Sarasate. Het kwartet trad op in de belangrijkste concertzalen in Europa, Zuid-Amerika en de VS en nam deel aan vele festivals. Het heeft een vaste concertserie in het Koninklijk Paleis te Madrid, gespeeld op instrumenten van de unieke Stradivarius-collectie van het koningshuis. En het is eveneens in residentie in de Fundación Museo Cerralbo in Madrid. Het Cuarteto Quiroga werd opgeleid door Rainer Schmidt (Hagen Quartett) aan het Conservatorium Reina Sofía in Madrid, en aan de Musikhochschule Basel, bij Walter Levin (Quatuor LaSalle) en bij Hatto Beyerle van het Alban Berg Quartett. Andere inspirators waren Ferenc Rados, György Kurtág, András Keller, Johannes Meissl en Eberhard Feltz. De cd ‘Statements’ uit 2012, opgenomen door het Nederlandse label Cobra, kreeg een geweldige weerklank in de internationale vakpers. Eveneens bejubeld zijn de opnames ‘(R)evolutions’, gewijd aan de Tweede Weense School, ‘Frei aber Einsam’ met de kwartetten opus 51 van Brahms en de opname van de kwintetten van Turina en Granados met pianist Javier Perianes. Met dezelfde pianist nam het kwartet zijn nieuwste cd op met werken van Bartók, Ginastera en Halffter.


Haydns smeltkroes

In de 67 strijkkwartetten van Joseph Haydn zijn vele echo’s te horen van de enorme hoeveelheid muziek die hij zijn leven lang om zich heen hoorde: barok, galant, rococo, Oostenrijks, Italiaans, Duits, Frans, Hongaars, Kroatisch en de volksmuziek van de man en vrouw op straat. En uit die smeltkroes van Haydn putten weer vele andere componisten: Pleyel, Mozart, Beethoven, Schubert, Mendelssohn en Liszt. De jonge Liszt groeide op met Haydns muziek. Ook Haydns Weense stadgenoot Schubert speelde diens symfonieën en kwartetten. En Mozart vond: ‘Keiner kann alles: schäkern, und erschüttern, Lachen machen, und tiefe Rührung – und alles gleich gut als Haydn.’
Dat alles is te horen in het Strijkkwartet opus 74 nr. 1 in C, dat Haydn in 1793 opdroeg aan graaf Anton Georg Apponyi. Waren Haydns eerdere kwartetten meestal bestemd voor de intieme muzieksalon van zijn broodheer prins Esterházy, dit kwartet klonk tijdens Haydns tweede verblijf in Engeland in een concertzaal, de Hanover Square Room in Londen in 1794. Met twee alarmerende akkoorden maant Haydn aan het begin van het Strijkkwartet opus 74 nr.1 het publiek tot stilte. Daarna pas zet een chromatisch getint thema het eerste deel in dat volledig op dit ene thema is gebaseerd. Na een gracieus Andante en een Menuet met Trio dat aan het eerste deel herinnert, sluit een briljante Finale het kwartet af met een feest van contrapuntisch spel en echo’s van wat eerder klonk.


Een strijkkwartet uit de oorlog

Rond de tijd van het ontstaan van zijn Tweede strijkkwartet beleefde Béla Bartók een van de moeilijkste tijden uit zijn leven. In 1911 was zijn Hertog Blauwbaard door de Opera van Boedapest afgewezen als onuitvoerbaar. Na nog enkele tegenvallers had Bartók zich uit het openbare muziekleven teruggetrokken en zich geheel gewijd aan de verzameling van volksmuziek. Daarom kwam zijn Tweede strijkkwartet langzaam van de grond, tussen 1915 en 1917, midden in de Eerste Wereldoorlog. Bartók zocht hier naar een evenwicht tussen volksmuziek en ‘kunstmuziek’ en schreef met dit kwartet een van zijn meest introverte en persoonlijke werken. Het eerste deel ontkiemt uit een zoekend thema in de altviool, wordt voortgedreven tot een gepassioneerde climax, heeft sterke herinneringen aan het begin en eindigt ambivalent. Het progressieve tweede deel houdt het midden tussen ritmische plattelandsmuziek en hoekig expressionisme dat Bartók later nog sterker zou bezigen. Het laatste deel is opnieuw in zichzelf gekeerd en eindigt in fatalistische sfeer.


Een Spaanse Mendelssohn

Als derde werk muziek van Juan Crisóstomo de Arriaga, de Spaanse componist die geboren werd als wonderkind in Bilbao in 1806 en tien dagen voor zijn twintigste verjaardag overleed aan uitputting en longontsteking in Parijs in 1826. Vijf jaar eerder was hij door Luigi Cherubini aangenomen op het conservatorium van Parijs. Zijn rijpste werken zijn uit die periode, zoals zijn drie strijkkwartetten en de Symfonie in D. Arriaga’s muziek beweegt zich in de driehoek Mozart, Rossini en Schubert, met de klassieke zinsbouw zoals Mozart die bezigde, maar ook vroeg-romantische trekken van Beethoven en Schubert.
Het Eerste strijkkwartet in d heeft vier delen. In het snelle eerste deel ontvouwt zich een treurig thema waarop een tweede volksmuziekachtig thema reageert. Het Adagio is gebaseerd op een lang uitgesponnen frase voor de eerste viool. In plaats van een scherzo, is het derde deel eerder een Menuet. Het tussenliggende trio heeft pizzicato akkoorden (getokkeld) met een gitaar-achtige begeleiding. Een langzame frase die onverwachts terugkeert vóór de afsluiting van dit deel vormt een soort brug naar de levendige Finale (Allegretto).


De metamorfoses van Ginastera

De Argentijnse componist Alberto Ginastera (1916-1983) was een van de meest fantasievolle componisten uit het 20ste-eeuwse Zuid-Amerika. Zijn aantrekkelijke en vaak hallucinerende muziek is een ingenieuze mix van Argentijnse kruidige volksritmes en moderne compositietechnieken verwant aan die van De Falla, Bartók en Stravinsky. Hij werd geboren in Buenos Aires als zoon van een Catalaanse vader en een Italiaanse moeder. En hij overleed in Genève, zevenenzestig jaar oud. De immigrantenzoon was het al voor minstens de derde keer te heet onder de voeten geworden door de repressieve regimes in zijn vaderland en blies zijn laatste adem uit als emigrant in Zwitserland.
Pas op zijn dertigste waagde Ginastera zich aan het strijkkwartet. Dat was toen hij in exil leefde en in de VS bij Aaron Copland had gestudeerd. Dat is hoorbaar aan zijn meer internationale stijl. Het openingsdeel begint met een heftige uitroep, waarna een woeste melodie (eerste thema) losbarst boven gehamerde akkoorden. Het tweede thema is dansachtig, maar ruig en opgewonden. Deel twee is een veerkrachtig scherzo, met veel herhaalde tonen, pizzicati en nerveuze ritmes. Pas in het derde deel, een nocturne (nachtstuk), kalmeert de agressieve stemming met een lyrische melodie voor viool. Dit deel is gebaseerd op Ginastera’s karakteristieke ‘gitaar’-akkoord, met de tonen van de zes open gitaarsnaren gelijktijdig gespeeld. De finale is een rondedans in de stijl van landelijke Argentijnse dansen, met contrasterende episodes in 5/8-maat. Was dit Ginastera’s groet naar huis?

Clemens Romijn


19:30: voorprogramma met het Calma Percussion Collective

Rudiger Pawassar (*1964): ‘Sculpture 3’
Diego Casado, marimba
Eva Català, marimba
Pedro Pinto, marimba

John Psathas (*1966): ‘Kyoto’
Pedro Pinto, marimba
Elisa Lázaro, marimba
Eva Català, vibrafoorn
Diego Casado, vibrafoon
Jorge Sanz Pineda, percussie


Calma Percussion Collective’ is een muzikaal project dat voortkomt uit de behoefte om de buitengewone artistieke mogelijkheden van percussie tot uiting te laten komen in de kamermuziek.
De leden kwamen samen tijdens hun bachelorstudie aan Codarts Rotterdam en zijn enorm enthousiast en gedreven om deze discipline te innoveren en verder te ontwikkelen.
Het collectief wordt gecoacht door Ramon Lormans en andere slagwerk- en kamermuziekdocenten van Codarts.


volgend concert: dinsdag 15 oktober 2019 het Borodin Kwartet Schubert en Sjostakovitsj