Kamermuziekvereeniging Rotterdam
Concertgebouw de Doelen, Jurriaanse Zaal
dinsdag 20 mei 2025, 20.15 uur
voorprogramma om 19:30: Aurum Quartet

Oxalys Ensemble:
Shirly Laub (viool)
Frédéric d’Ursel (viool)
Elisabeth Smalt (altviool)
Pierre Fontenelle (cello)
Apolline Degoutte (fluit)
Piet Van Bockstal (hobo)
Jean-Claude Vanden Eynden (piano)

Gustav Holst (1874-1934): Seven Scottish Airs voor strijkkwartet en piano (1906)
Ralph Vaughan Williams (1872-1958): Uit ‘Along The Field’ voor tenor & viool (1927) & Uit ‘Ten Blake Songs’ voor tenor & hobo (1957)
- We’ll to the Woods no more (A. E. Housman)
- The Piper (W. Blake)
- Along the Field as we came by (A. E. Housman)
- Ah! Sunflower (W. Blake)
- Fancy’s Knell (A. E. Housman)
- Eternity (W. Blake)
Peter Warlock (1894-1930): The Curlew voor tenor, fluit, Engelse hoorn en strijkkwartet (1920-1922)
- He Reproves the Curlew
- The lover mourns for the loss of love
- The Withering of the Boughs
- Interlude
- He Hears the Cry of the Sedge
Felix White (1884-1945): The Nymph’s Complaint for the Death of her Fawn voor hobo, altviool & piano (1921)
Ralph Vaughan Williams: On Wenlock Edge voor tenor, strijkkwartet & piano (1909)
- On Wenlock Edge
- From far, from eve and morning
- Is my team ploughing?
- Oh, when I was in love with you
- Bredon Hill
- Clun
Oxalys Ensemble
Het Oxalys Ensemble werd in 1993 opgericht door studenten van het Brussels Conservatorium en wordt inmiddels internationaal enthousiast verwelkomd. De oorspronkelijke bezetting van strijkkwintet, fluit, klarinet en harp kan uitbreiden afhankelijk van het repertoire. Centraal staat de Belle Epoque (1870-1930), met daarnaast Haydn en Mozart tot hedendaagse Europese muziek. Samenwerkingsverbanden zijn er met Sophie Karthäuser, Anne-Catherine Gillet, Claire Lefilliâtre, Christianne Stotijn, Anne Sofie von Otter, Dietrich Henschel en Christoph Prégardien.
Radiozender Klara in 2016 kende Oxalys de ‘Klara Muziekprijs voor beste Solist of Ensemble’ toe.
De bejubelde discografie bevat onder meer Mahler, Debussy, Richard Strauss, Mozart, Reger, Joseph Jongen, Martinů, Rota, Eisler, Copland, John Adams en Wynton Marsalis. Oxalys verleent geregeld haar medewerking aan theaterproducties en realiseert ook pedagogische en educatieve projecten.
Oxalys krijgt steun van de Vlaamse Gemeenschap.
Ian Bostridge (tenor)
Ian Bostridge was historicus in Oxford voordat hij zo’n drie decennia geleden koos voor een zangcarrière. Inmiddels is hij wereldwijd befaamd om zijn lied- en opera-uitvoeringen. Zo kreeg hij in het Amsterdamse Concertgebouw in seizoen 2004/2005 carte blanche samen met bariton Thomas Quasthoff. De afgelopen jaren kwamen zijn opnamen met liederen van Respighi uit, Schuberts Die schöne Müllerin met Saskia Giorgini, en Schwanengesang met Lars Vogt. Zijn boek Schubert’s Winter Journey: Anatomy of an Obsession (2014) werd in twaalf talen vertaald, en in 2023 verscheen zijn nieuwste boek Song and Self. Naast residencies aan het San Francisco Conservatory of Music en op LIED Basel zong Ian Bostridge de voorbije seizoenen Berlioz’ Les nuits d’été met het Orchestre de Chambre du Luxembourg, Brittens Les illuminations met het City of Birmingham Symphony Orchestra, Bachs Matthäus-Passion met het Musikkollegium Winterthur en de Johannes-Passion met het Orchestre National d’Auvergne. Recitals gaf hij recentelijk onder andere in Wigmore Hall met Imogen Cooper, in Shanghai, Krakau en Bonn met Saskia Giorgini en in Japan met Julius Drake.
Heimwee naar het Engeland van toen
Samen met het Belgische ensemble Oxalys roept Ian Bostridge vanavond de lieflijke maar ook verlaten landschappen op van zijn geboorteland Engeland, met Engelse muziek uit de Belle Époque van Ralph Vaughan Williams, Peter Warlock en Gustav Holst. In de muziek van het behoudende Engeland, waar alles altijd anders gaat, keken de componisten graag terug in de tijd en bezongen ze geregeld de landelijke natuur, vogelzang, het ruisen van de bomen en de eenzame wandelaar.
Zeven Schotse melodieën
Zo ook in de Seven Scottish Airs van Gustav Holst, de man die vooral bekend werd door zijn aanschouwelijke schildering der planeten in The Planets. Deze instrumentale inleiding op het liedprogramma is een soort vrije rapsodie gebaseerd op zeven Schotse melodieën, oorspronkelijke bezet met piano en strijkers, die in de loop van het stuk voorbij trekken, achtereenvolgens The Women are a’ gane wud, My love’s in Germany, O how could ye gang, lassie, Stu mo run (Red is the Path), We will take the good old way, O! gin I were where Gadie rins en Auld lang syne.
Langs de velden
Een componist die graag omkeek naar het muzikale verleden van Engeland, oude volksliederen en geestelijke repertoire verzamelde en die verwerkte in zijn eigen werk was Ralph Vaughan Williams. Van zijn meer dan tachtig liederen is niet zo vaak iets te horen in de concertzaal, terwijl ze van hoge kwaliteit zijn, zoals hier te horen is. Zijn cyclus Along The Fields bestaat uit acht liederen op tekst van zijn geliefde dichter en tijdgenoot Alfred Edward Housman. Hier horen we er drie. Doordat de zangstem alleen een viool als begeleiding heeft is het net of er een lotgenoot mee wandelt met de melancholieke zanger. Want de liederen zijn desolaat, handelen over verlatenheid, rouw om een overleden dierbare, over herinneringen aan een voorbije liefde en een zoektocht naar troost.
De andere drie liederen dateren van dertig jaar later, uit Vaughan Williams’ laatste levensjaar, namelijk uit de cyclus Ten Blake Songs, kleinschalige maar ingenieus geschreven juweeltjes, nu voor tenor en hobo. Op het lied Eternity na, zijn ze alle gebaseerd op eenvoudige lyrische gedichten van William Blake (1757-1827).
De wulp
The Curlew (de wulp) is een liederencyclus van Peter Warlock (pseudoniem van Philip Heseltine) op gedichten van zijn oudere tijdgenoot William Butler Yeats, voltooid in zijn ouderlijk huis nabij Montgomery in Wales. Het wordt wel Warlocks meest persoonlijke en beste werk genoemd. De cyclus bevat vier liederen, met na het derde lied een instrumentaal intermezzo. De opvallende bezetting met strijkkwartet, fluit en althobo (ook wel Engelse hoorn) past goed bij de melancholieke inhoud van de liederen over een verloren liefde. Daarbij roept de althobo de roep op van de wulp en de fluit die van de wielewaal.
De klacht van een nimf
Als een tweede instrumentaal intermezzo klinkt hier The Nymph’s Complaint for the Death of her Fawn van de Engelse componist Felix White, een jongere tijdgenoot van Vaughan Williams. Het stuk voor hobo, altviool en piano is gebaseerd op het gelijknamig gedicht van Andrew Marvell. Het is een woordeloze klaagzang over jagers die het reekalfje van een nimf hebben gedood, nota bene een geschenk van haar ontrouwe minnaar. Aan het begin en eind klinkt de klaagzang, met daartussen in een portret van het reekalfje dat gelukkig en vrij door het bos dartelt.
On Wenlock Edge
Ten slotte de wondermooie weemoedige liedcyclus On Wenlock Edge van Ralph Vaughan Williams op gedichten uit A Shropshire Lad van Alfred Edward Housman, en opnieuw met een bijzondere bezetting van tenor, piano en strijkkwartet. Modaal gekleurde volksmuziekmelodieën verbinden zich met hoog-romantische gebaren uit de school van Brahms en atmosferische kleuring van Ravel. Soms lijkt de kamermuziekbezetting een orkest te willen zijn. Zoals bij het gesprek tussen de levenden en de doden in Is my team ploughing? dat wel een mini-opera lijkt. Of bij de klok-achtige begeleiding in het dramatische Bredon Hill die sterk herinnert aan ‘La Vallée des Cloches’ uit Ravels Miroirs voor piano. En ook in het eerste lied On Wenlock Edge doen de instrumenten orkestraal aan, de strijkers gieren en sidderen als de genadeloze winden die in Wenlocks wouden tekeer gaan. De cyclus eindigt in een sfeer van berusting, alsof de noten met hun wiegend ritme voorbereiden op de rust van de dood.
Clemens Romijn
voorprogramma: Aurum Quartet
Gabriela Lopes Assunção – viool
Helena Gomes Ferreira – viool
Elena Suárez Franco – altviool
Diogo Pinto Lopes – cello
Felix Mendelssohn: String Quartet No.6 in F minor, Op. 80
I. Allegro vivace assai
II. Allegro assai
III. Adagio
IV. Finale: Allegro molto

Met een uitgesproken artistieke identiteit en liefde voor kamermuziek herdefinieert het Aurum Quartet de strijkkwartet-ervaring.
Het ensemble bestaat uit drie musici uit Portugal en één uit Spanje en combineert diverse culturele invloeden in hun interpretaties en podiumpresentatie. Hun spel combineert technisch meesterschap met een passie voor het vertellen van verhalen, waardoor concerten ontstaan die zowel intiem als krachtig zijn.
Het kwartet is opgericht in 2023 en studeert aan Codarts Hogeschool voor de Kunsten, waar ze hun ensemblespel verfijnen onder leiding van Eva Stegeman en Pavel Fischer. Het is toegewijd aan zowel de klassieke traditie als het hedendaags repertoire en omarmt een divers repertoire dat varieert van meesterwerken tot nieuwe composities.
Het Aurum Quartet heeft onlangs, op uitnodiging van de NSKA, lessen gevolgd bij Marc Danel en Denis Brott en heeft de ambitie om zich in sneltreinvaart verder te ontwikkelen.